Tomaat Gargamel is een zeer bijzondere, opvallende, maar onstabiele tomatensoort die nog duidelijk de 3 verschillende verschijningsvormen toont van de voorouders van deze kruising. Voor zover wij kunnen bepalen is deze soort ontwikkeld door Phil Seneca uit Pittsburgh in Pennsylvania. De saladetomaten zijn zelfs onrijp al mooi en interessant om te zien. Ze zijn groen met blauwe schouders en met bijna niet te beschrijven strepen en vlekken. Ze rijpen rood gevlamd/gestreept af met wat blauw in de schouders. Ze hebben een licht zure, volle tomatensmaak met wat zoetigs. De smaak is zeker voor een blauwe tomaat heel erg goed.
Gebruik deze tomaat in soepen, sauzen, pastasauzen, salades, op brood of uit het vuistje. Tomaat Gargamel heeft een hoge ziekte resistentie en kan lang bewaard blijven, tenminste 1 maand zolang de tomaat onbeschadigd wordt bewaard. Ondersteuning van de plant is noodzakelijk. Tomaten bevatten veel vitamine C en lycopeen. Dit wordt het beste opgenomen in het lichaam als de tomaten zijn verwarmd. Blauwe tomaten bevatten veel anthocyaninen. Volgens sommige onderzoeken zijn de anthocyaninen (anti-oxidanten) die de paarse kleur veroorzaken bij deze tomaten zeer gezond. Niet winterharde eenjarige. Hoogte: 180 - 250 cm.
Binnen zaaien: februari - april
Kiemtijd: 6 -14 dagen
Kiemtemperatuur: 20 - 25 °C
Zaaidiepte: 2 - 3 mm
Uitplanten in de kas: zodra de zaailingen 20 cm groot zijn
Uitplanten in de volle grond: midden mei (na de ijsheiligen)
Plantafstand: 45 - 50 cm
Standplaats: zonnig - beschut (kas)
Dagen tot oogst: 60 - 90
Binnen zaaien kan vanaf februari in trays gevuld met vochtige potgrond. Zaai oppervlakkig en druk de zaden voorzichtig aan, bedek ze niet met grond omdat tomaten lichtkiemers zijn. Zet de trays warm weg op 20 - 25 °C en bedek de trays met huishoudfolie of een deksel. Houd de temperatuur zo gelijkmatig mogelijk en laat vooral 's nachts de temperatuur niet dalen. Houd goed vochtig, maar niet te nat om rotting van de zaden te voorkomen. Verwijder de folie of het deksel zodra de zaailingen opkomen. Verspeen de jonge zaailingen na een dag of 10 in apartje potjes. Zet ze nu iets koeler weg, rond 18 - 20 °C
Hard de tomaten, midden mei, zodra er geen kans meer is op nachtvorst af. Zet de potjes gedurende een week weg bij een temperatuur van 15 - 18 °C en geef ze gedurende deze periode weinig water. Zet ze na deze week op een zonnige en beschutte plaats met goed waterdoorlatende grond buiten of in een onverwarmde kas.
Voor een goede oogst is het belangrijk om de planten goed te onderhouden. Zorg allereerst voor een goede ondersteuning door middel van stokken. Verwijder alle zijtakken die in de bladoksels ontstaan, het zogenaamde dieven. Rond eind juli - begin augustus is het belangrijk om de bladeren onder de laagst hangende trossen tomaten te verwijderen. Vanaf eind augustus - begin september kunnen alle bladeren worden verwijderd samen met de bovenste toppen van de planten zodat alle resterende groene tomaten nog een kans krijgen om te rijpen. Oogst de tomaten door ze met een schaar van de plant af te knippen. Tomaten kunnen niet lang worden bewaard. Tomaten die bijvoorbeeld tot saus zijn verwerkt kunnen wel worden ingevroren.