Zilverui Barletta wordt ook wel St. Jansui of inmaakuitjes genoemd. Deze vroege soort produceert een overvloed aan ronde, witte, kleine uitjes met een uitstekende smaak.
Deze Barletta is te gebruiken in salades en soep en natuurlijk voor de inmaak in azijn. Niet winterharde eenjarige.
Buiten zaaien: april - juni
Kiemtijd: 10 - 14 dagen
Kiemtemperatuur: 9 - 15 °C
Zaaidiepte: ½ - 1½ cm
Afstand tussen de rijen: 15 - 20 cm
Plantafstand: 15 cm
Standplaats: zonnig - gedeeltelijk schaduw
Dagen tot oogst: 60 - 65
Buiten zaaien kan vanaf april, zodra de grond kan worden bewerkt. Zaai spaarzaam en ½ - 1½ cm diep en bedek de zaden met een laag grond. Zorg voor een zonnige plaats met gedeeltelijk schaduw en goed waterdoorlatende grond. Zaai in rijen die 15 - 20 cm uit elkaar liggen. Zaai de zaden dicht op elkaar om ervoor te zorgen dat de bollen niet te groot worden. De zaden ontkiemen na 10 - 14 dagen, afhankelijk van de temperatuur en het weer. Houd goed vochtig en onkruidvrij.
Oogst de zilveruitjes na ongeveer 60 dagen en laat enkele exemplaren staan voor een late oogst. Zaai geen uien in grond waar uien op hebben gestaan in de voorgaande 4 jaar. Uien hebben voedingrijke, vochtige grond nodig die met wat compost is bemest. Verse, niet gepelde zilveruitjes kunt u 1 - 2 weken bewaren op een koele, droge en donkere plek. In azijn en kruiden ingemaakte zilveruitjes kunt u een aantal maanden bewaren in de koelkast.
Aantal planten per vak: 16 |
|
Aantal zaden per vak: 32 |
Afmeting vak: 30 x 30 cm |
Plantafstand: ± 7 cm |
Buiten zaaien: april - juni |
Kiemtemperatuur: 9 - 15°C |
Kiemtijd: 10 - 12 dagen |
Zaaidiepte: 1 - 1½ cm |
Standplaats: zonnig |
Dagen tot oogst: 90 - 100 |
Vanaf april, als de grond is opgewarmd,, kan er buiten in uw gereedstaande bak worden gezaaid. Zaai per gaatje 2 zaden en bedek ze met een laagje zaaimix omdat ui een donkerkiemer is. Knip de zwakste zaailing weg, zodra zij groot genoeg zijn om te hanteren. Geef vooral tijdens de kieming en bij droogte regelmatig water en verwijder het eventueel opkomende onkruid. Bescherm de zaailingen en planten tegen slakken en ander ongedierte.
Oogst de uien als de toppen bruin en droog zijn. Trek de bollen omhoog uit de grond. Zorg voor een droge dag met wat wind en laat de uien op tegels drogen. Zaai of plant geen uien op een plaats waar in het voorgaande jaar uien hebben gestaan. Uien kunnen op een droge, koele, donkere plaats goed worden bewaard.