Suikermais Ramondia F1 is een tweekleurige suikermais soort. De korrels zijn wit en lichtgeel gekleurd. De kolven zijn slank en lang. De korrels zijn erg lekker knapperig en zoet. Ramondia F1 is een middelvroege soort. Geef deze planten een stevige ondersteuning tegen de wind.
Suikermaïs is een graansoort die ook als groente wordt gebruikt. Suikermaïs is erg gezond en veelzijdig. Het bevat o.a.: vitamine B1, B2, B3, B5, B6, B11, C en E. En de mineralen calcium, fosfor, ijzer, jodium, kalium, koper, magnesium en zink. Ook bevat suikermaïs veel vezels, zetmeel, enkelvoudige- en meervoudige onverzadigde vetzuren en weinig calorieën. U kunt suikermaïs koken, bakken, grillen in de grillpan of op de barbecue, stomen, in de oven bereiden en gebruiken in salades. Ook kunt u van gedroogde suikermaïskorrels zelf maïsmeel maken voor bijv. tortillas. Suikermaïs kunt u ook gebruiken in soepen, stoofschotels, salades en natuurlijk in verschillende Mexicaanse gerechten. Als u uw verse, zelf gekweekte maïskolven op de barbecue wilt grillen, moet u de schutbladeren niet verwijderen, voor alle andere bereidingswijzen wel. Verwijder ook altijd de witte draden en de onderkant van de suikermaïskolf voordat u de kolven verder bereid. Suikermaïs is heerlijk in combinatie met kaas, kip, rundvlees, lamsvlees, varkensvlees, gehakt, bloem, melk, rijst, knoflook, eieren, koriander, tijm, cayennepeper, paprikapoeder, uien, aardappelen, tonijn, zalm, garnalen, appel, ananas, avocado en noten. De zoete smaak van suikermaïs combineert ook goed met diverse groente zoals: erwten, broccoli, bleekselderij, courgette, prei, champignons, sla, paprika, bosui, tomaten en wortelen. Niet winterharde eenjarige.
Binnen zaaien: april - mei
Buiten zaaien: half mei - juni
Kiemtijd: 10 - 14 dagen
Kiemtemperatuur: 10 - 20 °C
Zaaidiepte: 2 - 2½ cm
Uitplanten in de volle grond: half mei (na IJsheiligen)
Plantafstand: 35 - 45 cm
Standplaats: volle zon - beschut
Oogstperiode: juli - oktober
Binnen zaaien, voor een vroege oogst kan vanaf april. Gebruik aparte, diepe, niet te grote potten gevuld met vochtige potgrond. Zaai per pot 1 zaadje 2 - 2½ cm diep. Bedek de zaden goed met grond, omdat maïs een donkerkiemer is. De zaden kiemen al bij een minimum temperatuur van 10 °C, maar een hogere temperatuur zorgt voor een snellere en betere kieming. Houd de temperatuur zo gelijkmatig mogelijk en laat de temperatuur 's nachts niet dalen. Houd goed vochtig, maar niet te nat om rotting van de zaden te voorkomen. Hard uw jonge zaailingen vanaf begin mei af. Zet ze ongeveer 10 - 14 dagen overdag buiten in de zon. Zet de jonge planten vanaf midden mei, zodra er geen enkele kans meer is op nachtvorst, buiten in de volle grond op een zeer zonnige, beschutte plaats met goed waterdoorlatende grond. Zet de planten dicht op elkaar in blokken om een goede bestuiving mogelijk te maken.
Buiten zaaien kan vanaf half mei, zodra er geen enkele kans meer is op nachtvorst. Zaai de zaden ongeveer 35 - 45 cm van elkaar af en 2 - 2½ cm diep. Zaai in blokken om een goede bestuiving van de planten mogelijk te maken. Zorg voor een zeer zonnige, beschutte plaats met goed waterdoorlatende grond. Zorg dat uw planten niet uitdrogen.
Elke maïsplant produceert 1 à 2 maïskolven waarvan de rijpheid getest kan worden zodra de pluimen chocoladebruin kleuren. De rijpe korrels scheiden een cremige vloeistof af zodra er in wordt geknepen. Maïs heeft veel warmte nodig en kan helemaal niet tegen vorst. Zet uw maïsplanten pas buiten als er geen enkele kans meer is op nachtvorst. Omdat maïsplanten erg hoog kunnen worden, is het belangrijk dat ze stevig in de grond staan. Aard uw planten aan als dit nodig is. Zorg eventueel voor een stevige ondersteuning van bijv. bamboestokken. De zaden en kolven van suikermaïs zijn ook erg geliefd door ratten, muizen en vogels.
