Buddleja davidii wordt ook wel vlinderstruik en herfstsering genoemd. Dit omdat de bloemen ook wel wat op de bloemen van de sering lijken. Het is een grote struik die vooral vlinders aantrekt. Deze struik heeft violetblauwe bloemen. Hij komt oorspronkelijk uit China. Deze struik wordt in Europa vooral als tuinplant gebruikt. Deze plant is vorstbestendig tot ongeveer -10 C °. In het voorjaar, voordat de vlinderstruik gaat bloeien (april) kan hij tot op ongeveer 50 cm van de grond worden gesnoeid. Dit zorgt voor een uitbundige bloei en een verversing van de struik. Na de bloei in bijv. oktober kan de struik worden bijgesnoeid om de oude bloemen en het blad te verwijderen. Hierbij moet er minder rigoreus worden geknipt.
De vlinderstruik kan door middel van stekken of het zaaien van het zaad worden gekweekt. Stekken is heel simpel: steek de toppen van afgeknipte takken in het voorjaar in vochtige aarde. Zorg dat deze toppen ongeveer 20 cm lang zijn. Laat deze toppen niet uitdrogen. Ongeveer 6 weken later begint er zich nieuw blad te vormen. Omdat deze vlinderstruik goed tegen zeewind kan, is het een ideale plant voor mensen die in de buurt van de kust wonen en graag vlinders willen aantrekken. Hij bloeit van juli tot september. Winterharde meerjarige. Hoogte: 250 – 300 cm.
Binnen zaaien: hele jaar rond
Kiemtijd: 7 - 14 dagen
Kiemtemperatuur: 20 - 24 C°
Zaaidiepte: oppervlakkig
Plantafstand: 100 - 120 cm
Standplaats: zonnig - half schaduw en beschut
Bloeiperiode: Juni - oktober
Het is redelijk gemakkelijk om de vlinderstruik zelf te kweken. Binnen zaaien is het hele jaar rond mogelijk. Zorg voor een grote pot of een zaaitray gevuld met vochtige zaaigrond. Zaai de zaden en dun en oppervlakkig. Druk de zaden voorzichtig aan. Bedek de zaden niet omdat de vlinderstruik een lichtkiemer is. Licht en warmte zijn nodig voor een goede ontkieming. Houd de temperatuur zo gelijkmatig mogelijk en laat de temperatuur ’s nachts niet dalen. De vlinderstruik heeft veel warmte, licht en een hoge luchtvochtigheid nodig om goed te ontkiemen. Bedek de trays of potten met een deksel of wat plastic om het vocht binnen te houden en te zorgen dat de zaden niet uitdrogen. Zet de trays of potten licht weg, maar niet direct in het zonlicht. Na 7 – 14 dagen ontkiemen de zaden.
Verwijder het deksel of het plastic zodra de zaden zijn ontkiemd. Zodat het zaaisel geventileerd word. Verpot de zaailingen, zodra zij groot genoeg zijn om te hanteren, in kleine aparte potjes. Zet de vlinderstruik zaailingen in een iets minder warme kamer (18 C°). Geef voldoende water en laat de zaailingen niet uitdrogen. Houd onkruidvrij. Bescherm de zaailingen tegen vorst. De zaailingen groeien hard en moeten worden uitgeplant op de beoogde plek voor de groei in het 2e jaar start. Dit gebeurt meestal in april. De planten bloeien van juli t/m oktober. Hierna moeten ze worden teruggesnoeid worden tot ongeveer 75 – 100 cm. Voor de bloei in april is het goed om de struik hard te snoeien tot ongeveer 50 cm van de grond. Dit stimuleert de groei van blad en de bloei van de bloemen. Heel productieve planten kunnen zelfs al in het 1e jaar bloeien.