Zonnebloemen hebben geen introductie nodig. Iedereen kent deze hoge, zeer opvallende planten met hun vrolijke en grote bloemen. Avondzon is een mix van zonnebloemen in warme kleuren rood, oranje en geel. Deze hoge, zeer opvallende en grote bloemen hebben allemaal een opvallend contrasterend donkerbruin hart. Ze staan op lange, stevige stengels en worden omringd door groot groen blad. Een zeer snelle groeier die gemakkelijk te kweken is. Hij heeft een ruime, zonnige standplaats met beschutting tegen de wind nodig. En ondersteuning. Iets minder bekend is dat de bloembladen gegeten kunnen worden. Voeg ze eens toe als eetbare en kleurrijke versiering aan salades of andere gerechten. Ook de zaden van zonnebloem zijn eetbaar en kunnen worden gebruikt in allerlei gerechten of als gezonde snack. Of als gezond en heerlijk vogelvoer. Ook bijen en vlinders zijn dol op zonnebloem Avondzon. Zonnebloemen zijn doordat ze gemakkelijk te kweken zijn ook leuk voor kinderen. Niet winterharde eenjarige. Hoogte: 180 - 200 cm.
Binnen zaaien/onder glas: april - mei
Buiten zaaien: eind mei - augustus
Kiemen: 14 - 21 dagen
Kiemtemperatuur: 20 - 30 °C
Zaaidiepte: ½ - 1 cm
Zaaiafstand in rijen: 30 cm
Plantafstand: 60 - 90 cm (afhankelijk grootte zonnebloem)
Standplaats: zonnig - beschut
Bloeiperiode: juli - oktober
Zaai de zaden vanaf begin april binnen in een propagator in een warme kamer of in een verwarmde kas. De bodemtemperatuur moet minstens 20°C zijn. Het is belangrijk dat de temperatuur zo constant mogelijk is, dit zorgt namelijk voor een betere kieming. Laat de temperatuur 's nachts niet dalen. Voor het zaaien kan een tray met zaaigrond of aparte potten worden gebruikt. Bij gebruik van aparte potten: per pot 2 zaden zaaien in potten van ong. 10 cm Ø. Dek de zaden af met een laagje zaaigrond van ½ tot 1 cm. Houd goed warm en vochtig.
Zodra de jonge zaailingen 5 - 8 cm groot zijn, moeten ze worden verplant in aparte potten. In mei, zodra er geen kans meer is op nachtvorst kunnen de jonge zaailingen naar buiten. Laat de jonge zaailingen geleidelijk (10 dagen) afharden voordat ze buiten worden geplaatst. Zet de planten op een zonnige plaats met beschutting tegen de wind. Houd een afstand van 60 - 90 cm aan, afhankelijk van de hoogte van de planten.Ondersteun de planten als dit nodig is.
In mei, zodra het warmer wordt en er geen kans meer is op nachtvorst, kan er ook direct in de vollegrond worden gezaaid in een geprepareerd zaaibed in de gewenste positie of in een grote bloempot. Zaai 2 zaadjes per gat en houd 60 - 90 cm ruimte aan, afhankelijk van de hoogte van de planten. Bedek de zaden met ½ - 1cm zaaigrond. Voorzichtig aandrukken en daarna vochtig houden. Zorg voor een zonnige plek met beschutting tegen de wind.
De zaailingen verschijnen na 14 - 21 dagen. Verwijder 1 zwakke zaailing per plaats. Verwijderde zaailingen kunnen ergens anders herplant worden. Houd hierbij ook weer 60 - 90 cm ruimte aan, afhankelijk van de hoogte van de planten. Vochtig en onkruidvrij houden. Bescherm de jonge zaailingen tegen slakken. Zonnebloemen hebben een zonnige en beschutte standplaats nodig. Afhankelijk van de standplaats en hoogte van de plant kan het nodig zijn om de planten te ondersteunen.